Ga direct naar de inhoud

Uw klant is of gaat failliet: wat kunt u doen?

Spaarpot-geld-failliet.jpg

Dreigt uw klant failliet te gaan? In dit artikel leest u welke afspraken u samen met de klant kunt maken, zodat uw positie vooraf beschermd is. Ook vertellen we u wat uw juridische mogelijkheden zijn als de klant zijn betalingsverplichting niet kan nakomen. Aan het eind leest u wat u moet doen na het faillissement van de klant.

5 adviezen om schade door een faillissement van uw klant te voorkomen

Heeft een klant betaalproblemen? Of dreigt hij failliet te gaan? Dan is dat heel vervelend, ook voor u. Helaas kunt u een faillissement lang niet altijd zien aankomen. Maar er zijn wel signalen om in te gaten te houden, zoals:

  • de klant laat erg lang niks van zich horen.
  • de betaling laat veel langer op zich wachten dan normaal.
  • de klant probeert onder zijn (betalings)verplichtingen uit te komen met onverwachte en/of ongegronde redenen.

Deze signalen betekenen lang niet altijd dat er daadwerkelijk iets ergs aan de hand is. Maar het is wel verstandig om op tijd uw positie als crediteur te beschermen. 

We bespreken vijf preventieve maatregelen die u met uw klant kunt treffen.

 

Advies 1: maak een eigendomsvoorbehoud

Zonder eigendomsvoorbehoud gaat het eigendom van uw producten bij de levering over op de koper. Gaat de klant failliet en heeft hij nog niet betaald? Dan bent u uw spullen kwijt en moet u achteraan de rij schuldeisers aansluiten. 

Als u echter vooraf een eigendomsvoorbehoud maakt, blijft u eigenaar van de geleverde spullen totdat er betaald is. Bij een faillissement heeft u dan het recht om uw eigendommen op te eisen. Het eigendomsvoorbehoud zet u bij voorkeur in de koopovereenkomst. Daarnaast kunt u het via de algemene voorwaarden bedingen.

 

Advies 2: beding een pand- of hypotheekrecht

Zowel pandrecht als hypotheekrecht zijn een vorm van ‘zekerheidsrecht’ dat u vooraf moet regelen met uw klant. 

Heeft u een klant die zijn betalingsverplichting niet nakomt? Dan geeft een pandrecht u het recht om óf de verpande roerende zaken van die klant te verkopen (zoals de inventaris of een bedrijfsauto) óf om de verpande vorderingen op anderen te innen. 

Bedingt u een hypotheekrecht? Dan mag u onroerende zaken van uw debiteur door de notaris laten veilen.

Niet voor iedereen weggelegd

Vooral bij grote transacties zijn pand- en hypotheekrecht een relatief goedkope optie. Maar het is ook een vrij ingewikkelde mogelijkheid. Daardoor is het niet voor iedere ondernemer weggelegd. Zeker niet zonder bijstand van een jurist. 
In de praktijk zijn het vooral banken en bedrijven die met zeer kostbare orders werken (zoals in de scheepsbouw) die dit recht gebruiken. 

 

Advies 3: vraag om een bankgarantie

Een bankgarantie is een ‘reservepotje’ voor als het misgaat. Stel dat u 1000 paar schoenen levert voor in totaal € 50.000. Dan kunt u de klant verzoeken aan zijn bank te vragen dat bedrag voor te schieten, als de klant het zelf niet kan betalen. De bank heeft dan een vordering op de koper.

Nadelen van een bankgarantie

  • De klant moet rente betalen aan de bank.
  • De bank geeft alleen een bankgarantie af als de klant kredietwaardig is.
  • De bank zal een pand- of hypotheekrecht bedingen bij de klant. Of op een andere manier zorgen dat zij niet met een oninbare vordering blijft zitten.

Kortom: de meeste klanten zullen niet akkoord met een bankgarantie. 

Kunt u een bankgarantie verplicht stellen?

Nee. U zult dit dus moeten onderhandelen met uw klant. 
Wanneer u iets levert dat uw klant nergens anders kan krijgen, zal dat geen probleem zijn. De vraag is dan echter: gunt u uw klant (betalings)vrijheid? Of kiest u liever voor de zekerheid van een bankgarantie, met het risico dat uw klant voor een ander kiest?

 

Advies 4: spreek directe opeisbaarheid af

Sommige betalingen worden pas opeisbaar na verloop van een langere periode. Bijvoorbeeld bij een betalingsregeling, waarbij de klant maandelijks een deel van de hoofdsom aan u betaalt.

Wat u bij zo’n regeling vooraf kunt bedingen, is ‘directe opeisbaarheid’. Het betekent dat u -  bij een faillissement, schuldsanering of surseance - het complete bedrag bij uw klant kunt opeisen. Inclusief het gedeelte dat eigenlijk nog niet opeisbaar zou zijn. Houd er wel rekening mee, dat dit dan in principe een gewone ‘concurrente’ vordering is. Als andere schuldeisers voorrang krijgen, is er mogelijk geen geld meer voor uw vordering.

 

Advies 5: stop met leveren

Heeft uw klant uw eerdere leveringen nog niet betaald? Stop dan met leveren en voorkom dat zijn schulden bij u oplopen. U maakt in dit geval gebruik van uw opschortingsrecht: u schort uw eigen prestatie op, totdat de ander aan zijn verplichtingen voldaan heeft. In zo’n geval zal uw klant snel van zich laten horen, waarmee de betalingsachterstand direct bespreekbaar wordt.

Weeg uw belangen af

Vaak is het een lastige afweging van belangen. Wat gebeurt er met de relatie tussen u en uw klant, als u ineens stopt met leveren? 

Daarom is ons advies: waarschuw de klant duidelijk en op tijd. Communiceer bijvoorbeeld: “Als u niet binnen twee weken betaalt, zijn wij genoodzaakt onze dienstverlening/levering te staken totdat u de uitstaande rekening(en) heeft betaald.”

 

Uw juridische mogelijkheden als het faillissement onvermijdelijk is

Is het te laat voor preventieve maatregelen, zoals we hierboven beschreven? Kan de klant zijn betalingsverplichting al niet meer nakomen? Dan heeft u drie opties.

 

Optie 1: claim tijdig het recht van reclame

U heeft het wettelijke recht om binnen 60 dagen het eigendom van een levering terug te vragen (te reclameren). 

Dit recht vervalt zodra:

  • 6 weken zijn verstreken nadat de vordering tot betaling opeisbaar is geworden, én:
  • 60 dagen zijn verstreken, gerekend vanaf de dag waarop de spullen door de klant (of door iemand namens hem) zijn ontvangen.

Conclusie: wacht dus niet te lang met uw beroep op het recht van reclame.

Hoe claimt u het recht van reclame?

U claimt dit recht door een brief naar de curator te sturen. Deze is verplicht zijn medewerking aan u te verlenen. Doet hij dit niet, dan kunt u gaan procederen. Dit betekent dat u een afweging moet maken: gaat u liever achter het geld aan? Of wilt u uw spullen terug?

 

Optie 2: beroep u op het retentierecht

Volgens het retentierecht kunt u iets van de klant achterhouden, totdat aan de betalingsverplichting voldaan is. Stel: u bent een garagehouder. En de eigenaar van de auto die u heeft gerepareerd, gaat failliet. Dan kunt u de auto achterhouden totdat de reparatiekosten zijn betaald.

In geval van faillissement is de werking van dit recht echter beperkt. De curator kan namelijk besluiten om de rekening te betalen. Daarmee krijgt de curator de zaak (in dit geval de auto) weer terug. 
Hij kan echter ook het retentierecht doorbreken en de zaak alsnog opeisen. U heeft dan nog wel voorrang op de opbrengst van de zaak in kwestie. 

Overigens is het retentierecht in de praktijk vaak een wassen neus. Van de opbrengst worden namelijk eerst de faillissementskosten betaald.

 

Optie 3: ontbind de overeenkomst

Gaat het om een overeenkomst die zowel door u als door de failliete partij nog niet (geheel) is nagekomen? Dan heeft u het recht om de curator een ‘termijn voor nakoming’ te stellen. 
U vraagt hem daarmee de overeenkomst alsnog na te komen.

Hoe stelt u een ‘termijn voor nakoming’?

Dit moet u schriftelijk doen met een ‘redelijke’ termijn. Vaak is 14 dagen redelijk, maar het blijft een inschatting die van geval tot geval verschilt.

Wat zijn de vervolgstappen?

  • Gaat de curator akkoord met uw verzoek? Dan is hij verplicht om zekerheid te stellen voor de nakoming: uw vordering krijgt in dat geval voorrang. 
  • Laat de curator niet van zich horen? Of wenst hij de overeenkomst niet meer na te komen? Dan verliest hij het recht om nakoming te vorderen. U heeft dan de mogelijkheid om de overeenkomst te ontbinden, ofwel ongedaan te maken.
  • Wij adviseren u om alleen dát deel van de overeenkomst te ontbinden, dat nog niet is nagekomen. Ontbinding levert namelijk een concurrente (gelijkwaardig aan andere schuldeisers) vordering op. Het zou zonde zijn om een gedeelte waarvoor u al een prestatie (lees: betaling) ontvangen heeft, om te zetten in een concurrente geldvordering.

Het ontbinden van een (lopende) overeenkomst is vooral verstandig, als de curator zijn deel van de overeenkomst niet wil nakomen. En als u van uw eigen verplichting bevrijd wilt worden.

 

Stappenplan na een faillissement van uw klant

Bij een faillissement zijn in principe alle schuldeisers gelijk. Tenzij u een ‘preferente vordering’ heeft. 
Wij raden u aan om in elk geval onderstaande stappen te zetten.

  1. Meld u bij de curator als schuldeiser. Bij een slechte of onvolledige administratie zijn niet alle schuldeisers bekend. Het is daarom niet verstandig om te wachten totdat de curator zich bij u meldt.
  2. Maak uw vordering bekend.
  3. Geef aan welke rangorde deze vordering volgens u heeft: gaat het om een preferente vordering?
  4. Overleg bewijsstukken van uw vordering, zoals de overeenkomst, geparafeerde voorwaarden en facturen.

Na deze stappen beschikt de curator over voldoende informatie om uw vordering op de juiste prioriteit te geven.

Hoe volgt u uw vorderingen?

De afwikkeling van het faillissement is in grote te lijnen te volgen via openbare verslagen. De curator is namelijk verplicht deze op te stellen. Verslagen over failliete ondernemingen zijn te vinden via de zoekfunctie insolventies.rechtspraak.nl. En vaak ook op de website van de curator zelf.

Geschreven door

Ook interessant